Ik
heb niets met Terlet.
Het
is een mooi zweefvliegveld, ruim
van opzet en redelijk goed georganiseerd, met goed materiaal en prima
onder-houden zweefkisten.
Ook
het restaurant en bar ( belangrijk voor zweefvliegers! ) zijn goed te behappen en
daar hoor je me dan ook niet over.
Thermiek
omstandigheden zijn prima – Terlet ,Venlo en Malden zijn de 3 thermisch
beste velden in Nederland, maar toch mis ik iets.
Ik
heb me laten overreden om weer eens op een zweefvliegveld te gaan kijken en zo
kom je op Malden en op Terlet.
Terlet:
eerst betalen voor je starts en dan mag je in de ASK21 met een
andere zweefvlieger mee. Ik ben er klaar voor maar vanaf het eerste moment mis ik
iets.
Er
is geen - zoals dat vroeger een beetje bekakt werd genoemd – rapport ( op
zijn Frans dus ).
Geen
weerklank met die bestuurder achterin, niet die gedrevenheid voelen van andere
zweefvliegtuigbestuurders. Meer een egocentrische man die het gaat om het feit
dat hij – betaald door een ander – zijn vluchtjes kan maken op
Terlet. Natuurlijk is het zweven weer leuk en mag ik zelf ook sturen maar ik
kom hier om te leren en er gebeurt wat dat betreft eigenlijk niks. Al prutsend
probeer ik de ASK21 in de opstijgende lucht naar boven te thermieken en het
lukt wel maar niet effectief want ik heb geen coach achterin.
Dan
dwalen de gedachten weer terug naar Malden naar Jan Förster en zijn
Gö4 – inderdaad even terug naar 1975 - en dan voel je weer de geest
van de echte zweefvlieger. De sfeer van de zweefvliegclub, toch meer eenheid
door een gezamenlijk streven naar kwaliteit en plezier. De instructeur die jou
probeert op te krikken naar een ander niveau , zoals alle instructeurs die ik
gehad heb dat op hun eigen manier probeerden te verwezenlijken. Mannen zoals
Rob, Dick , Ferry , Pieter en Jan die iedere keer dat geduld weer opbrachten om
hun leerlingen te helpen en te coachen. Natuurlijk heeft ook een club zijn
perikelen maar ook dat ga je missen als je er geen onderdeel meer van bent. En
als ik ’s avonds van Terlet naar huis rijd heb ik niet het gevoel dat ik
iets achterlaat of zal missen. Dat gevoel is misschien toch voorbehouden aan de
club waar je begonnen bent en de mensen die hun enthousiasme met je wilden
delen.