|
E ditRion ditReg io EditRegion3
|
Zweven - De eerste ontmoeting met het toevalZweefvliegen vormt voor mij het begin van een carrière in de luchtvaart. Later bleek dat alle stappen die ik in de afgelopen 30 jaar binnen de luchtvaart heb gezet gebaseerd waren op toeval - namelijk het ontmoeten van de juiste mensen en het meemaken van allerlei gebeurtenissen die het toeval, het lot op je pad brengen. Zij brachten direct of indirect de richting aan waarin ik me moest bewegen. De reis die hier is uitgestippeld brengt je via de links onder aan iedere pagina langs alle stappen die ik in deze periode van 30 jaar ook heb gezet.
Jan en de Gö-4 Als je het goed beschouwt was het een rare start, een vreemd begin van een nieuwe passie, een
nieuwe liefde. Jan vergat even dat hij een sterveling bij zich want hij had
zich voorgenomen dat hij "boven" zou blijven met zijn Gö4.
Zoals alle
zweefvliegers weten gaat de Gö4 niet prat op een glijhoek maar op een
valhoek dus was het hard werken voor Jan. Iedere keer moesten we weer de thermische
bellen opzoeken die er voor konden zorgen dat Jan, voorlopig althans, het
gevecht met de zwaartekracht kon blijven winnen. Wat voel je je beroerd en je denkt als het zo moet dan
maar niet. Dan hijs je je zelf uit dat ding van hout en linnen en staat weer op Terra Firma. En dan gebeurt het: binnen 2 minuten is alles weer zoals het zijn
moet en het was toch wel een belevenis en Jan , hoe gaat het hier met die club
en kan je lid worden en kan ik het ook leren.....................en zo heeft dat
virus je gegrepen en het kwam door Jan. (Foto's PH-206 © Jan Roza www.silentwings.nl )
Zweven
De sterkte van het zweefvliegen in clubverband is tegelijkertijd ook haar Achilleshiel. Alles rondom de het zweefvlieg bedrijf is gericht op het team verband om telkens die ene kist naar boven te krijgen. De startplaats wordt bevolkt door de mensen die allemaal hun startje komen maken. Iedereen heeft daarbij zijn eigen taak. Er is een instructeur van dienst, een startleider, allerlei voetvolk voor het verslepen van vliegtuigen, klaarmaken voor vertrek van de verschillende vliegtuigen, tiplopen bij de lierstarts, en het weer ophalen van kisten uit het veld om ze terug te brengen naar de startplaats. Verder heb je nog de man ( of vrouw ) met het startbord ( de plaque ), iemand die de start en landingstijden en de registraties van de diverse vliegtuigen noteert en natuurlijk de kabelrijders en de liermannen ( of vrouwen ) die het zweefvlieg bedrijf completeren. En als het op de startplaats niet goed gaat is het vaak een gebrek aan organisatie of het ontbreken van het veiligheidsgevoel. Vaak zie je gebeuren dat er een gebrek aan oplettendheid bestaat op zo'n startplaats waardoor gevaarlijke situaties zich kunnen ontwikkelen. Zoals ik het destijds heb ervaren was men zich bij "mijn" club erg bewust van dit aspect van het zweefvliegen. Ook in de lucht werd voortdurend gehamerd op discipline en verantwoordelijkheid. Er komen dan ook relatief weinig ongevallen voor bij deze mooie sport. Wil je meer weten over het zweefvliegen kijk dan eens op de website van de Nijmeegse Aeroclub ( NIJAC ). Ondanks de geringe ervaring van slechts 125 starts in de periode dat ik bij de NIJAC kon vliegen zijn er genoeg anekdotes. Een aantal vind je hier. Vervolg In de loop van 1975 en 1976 begon het zoeken naar een
vervolgopleiding na de middelbare school. Het was een zoektocht met 2 sporen: al
enige tijd bezig met fotografie en daarnaast het nieuwe fenomeen van het (zweef)vliegen. De selectie voor de Luchtmacht was erg zwaar en ook hier kwam ik niet door heen Achteraf was dit een verborgen zegen want uiteindelijk kwam ik via andere omwegen toch nog eerder terecht bij mijn huidige werkgever dan via de Luchtmacht mogelijk zou zijn gewest. Toentertijd in 1976 voelde het echter helemaal niet goed. Ook de Rijksluchtvaartschool bleek voorlopig geen aannames te doen gezien de zeer zwakke arbeidsmarkt en de lage vraag naar vliegers. Zo leek er een voortijdig einde te komen aan de mogelijkheden voor een carrière in de luchtvaart. De kosten voor een opleiding aan een andere vliegschool leken mij in ieder geval te hoog. Groot was dan ook mijn verbazing toen mijn ouders alsnog bereid bleken om de kosten voor zo'n opleiding te bekostigen. In augustus 1976 verhuisde ik naar Rotterdam voor - zoals het zo mooi heette - de "opleiding tot verkeersvlieger" aan de Nationale Luchtvaartschool.
|
Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op 23-03-2020